Print

Ds. W.A. Zondag

Datum: zondag, augustus 23, 2020 14:30 - 16:00
Tijdsduur: 1 Uur 30 Minuutn

Liturgie:
 

  • Psalm 105: 21
  • Geloofsbebelijdenis
  • Psalm 104: 24
  • Mattheus 25: 14-30 (tekst vers 29)
  • Psalm 119: 3 en 5
  • Psalm 119: 7
  • Psalm 143: 10

Collecten:

Kerk: IBAN NL25 RABO 0307 5059 01 t.n.v. Ger. Gem. Berkenwoude Kerk
Diaconale collecte voor de ramp in Beiroet: IBAN NL48 RABO 0307 3496 08 t.n.v. Ger. Gem. Berkenwoude Diaconie
Bouwfonds: IBAN NL25 RABO 0307 5059 01 t.n.v. Ger. Gem. Berkenwoude Kerk

Geven kan:

  • Met de Scipio app
  • Per Bank (graag wel duidelijk het DOEL erbij vermelden)
  • Collecte bonnen bij de diakenen in de brievenbus (wel het DOEL erbij vermelden)

 

Tekst: Mattheus 25 vers 29:
Want een iegelijk die heeft, dien zal gegeven worden, en hij zal overvloedig hebben; maar van dengene die niet heeft, van dien zal genomen worden ook wat hij heeft.

Thema: Talenten in het koninkrijk van God:
1. Ontvangen
2. Benutten
3. Verantwoorden

Citaat: ‘Wat voor positie u ook bekleedt in de maatschappij, over wat voor gaven en krachten u ook beschikt, herinnert u, dat zij u niet toebehoren, doch u als ter leen zijn gegeven van Boven. Niemand bezit iets, dat hij het zijne kan noemen, behalve zijn zonden. God heeft ons allerlei bezittingen toevertrouwd en tot ons gezegd: doet handeling totdat Ik kom’.
Charles H. Spurgeon.

Geloofsbelijdenis: art. 37 NGB:
(…) ‘Alsdan zullen de boeken (dat is de consciënties) geopend, en de doden geoordeeld worden, naar hetgeen zij in deze wereld gedaan zullen hebben, hetzij goed of kwaad. Ja, de mensen zullen rekenschap geven van alle ijdele woorden die zij gesproken zullen hebben, die de wereld niet dan voor kinderspel en voor tijdverdrijf acht; en dan zullen de verborgenheden en geveinsdheden der mensen openbaarlijk voor allen ontdekt worden’. En daarom is de gedachtenis van dit oordeel met recht schrikkelijk en vervaarlijk voor de bozen en goddelozen, en zeer wenselijk en troostelijk voor de vromen en uitverkorenen… (…)’.

Leestip:
• Matth. 25: 1-13 (wijze en dwaze meisjes)
• Matth. 25: 31-46 (het oordeel)
• Lukas 24: 50-54 (de Kerk na hemelvaart)

Gespreksvragen:
1. In de gelijkenis over de talenten gaat het over de periode tussen de hemelvaart van de Heere Jezus en Zijn wederkomst. Leg dat eens uit.

2. De tijd waarop de heer van het huis terug zou komen (de wederkomst), noemt de Heere Jezus niet. Toch zijn er tekenen die erop wijze dat de wederkomst spoedig zal zijn. Noem er eens enkelen.

3. De talenten worden niet willekeurig verdeeld: eenieder kreeg naar vermogen. Wat wordt daarmee bedoeld? Lees de kanttekening hierover eens.
Geef eens commentaar op de stelling: ‘de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten’.

4. Welke talenten heeft de Heere aan u of jou gegeven?
Zeg eens iets over je verstand, je kennis/kunde, je lichaam, je tijd, je geld, bepaalde vaardigheden.

5. Twee knechten hebben gehandeld met de talenten.
Wat wordt daarmee bedoeld?
Hoe moet u en jij met de gegeven talenten omgaan?

6. Over het oordeel schrijft Guido de Bres dat mensen rekenschap moeten geven ‘van alle ijdele woorden die zij gesproken zullen hebben, die de wereld niet dan voor kinderspel en voor tijdverdrijf acht’.
Hoe kunnen wij onze genadetijd gebruiken voor ‘kinderspel’ en ‘tijdverdrijf’?

7. Wij kunnen de verkregen talenten zo verkeerd gebruiken.
Thomas Manton schrijft: ‘Wat hebben de besten van ons, wanneer wij gaan bidden, een diep gevoel van onze eigen behoeften, en geen begeerte naar de eer van God! Wanneer wij bidden om dagelijks brood, onderhoud en bescherming, vragen wij die dingen niet als talenten om er winst mee te doen voor onze Meester, maar als brandstof voor onze begeerlijkheden.

Vragen wij om genezing, dan doen wij dat om van pijn verlost te worden, maar niet om God daarin te eren en te verheerlijken, niet opdat genade en waarheid mogen uitgeroepen worden’. Herkent u dat?

8. De dienstknecht met het ene talent werd geworpen ‘in de buitenste duisternis’ (vers 30).
Waarom wordt het einde van de brede weg de ‘buitenste duisternis’ genoemd?

9. Hoe moeten wij ons voorbereiden op de komende oordeelsdag?
Lees nog eens het eerste deel van Matth. 25: 1-13 (gelijkenis van de wijze en dwaze meisjes).

 

Voor de jongste kinderen:

1. Hoeveel knechten worden in de gelijkenis van de talenten genoemd?

2. In de gelijkenis over de talenten gaat het over een ‘meneer’ die naar een ander land gaat. Het gaat hier over de Heere Jezus.
Naar welk ‘land’ is Hij gegaan?
Antwoord: naar de …………… waar Zijn V……………. woont.

3. Arina vraagt aan Sjaak wat een talent is. Sjaak heeft goed geluisterd naar de preek.
Hij zegt: dat is gelijk aan tienduizend p………………..
En dat is gelijk aan dertig kilo z………………….

4. De knechten krijgen niet evenveel talenten.
Een knecht kreeg één talent, de andere kreeg …………….. talenten en de derde kreeg …………. talenten. Vul eens in.

5. Jij hebt ook talenten van de Heere gekregen. Wat is zo’n talent? Antwoord:
a) je speelgoed
b) je verstand
c) een lekker ijsje